Voetbal is ooit begonnen als een sport waarbij het plezier voor de spelers en de supporters voorop stond. Clubs waren volksclubs waarbij de fans de spelers vaak persoonlijk kenden omdat ze uit hun eigen regio kwamen. Het waren romantische voetbaltijden waarbij humor een heel belangrijke rol speelde. Inmiddels zijn een aantal Europese topclubs in handen gekomen van sjeiks, Russische miljardairs en beleggers. Samen met lucratieve tv-contracten heeft dit geleid tot een voorspelbare Champions League, waarbij de rijken meestal winnen. Supporters krijgen steeds minder gevoel bij hun club. Als ultieme daad van grenzeloos egoïsme hebben twaalf clubs het idee voor een Super League gelanceerd, een onderlinge competitie waaraan slechts deze clubs mogen deelnemen. Zo kunnen ze nog betere tv-contracten afsluiten en nog rijker worden. De jarenlange onvrede bij de supporters kwam tot uitbarsting in een opstand van de fans, waarbij zelfs het stadion van Manchester United werd bezet. Daarop trokken negen clubs zich terug. Alleen de club van ex-dictator Franco Real Madrid, Barcelona en Juventus willen hun zin doorzetten. Laat de Europese voetbalbond het voetballen weer terugbrengen naar de mensen. Hoe? Iedere club mag maximaal drie spelers van elders aantrekken, de rest moet eigen kweek zijn. Verder mogen spelers van bijvoorbeeld 13 jaar( op die leeftijd contracteerde Barcelona Messi) niet meer worden aangetrokken, de leeftijdsgrens wordt 18 jaar. Op deze manier gaan Ajax en PSV weer Europa Cups winnen en wordt het een verrassende en spannende competitie waarbij de clubs met de beste jeugdopleiding worden beloond.
Terug naar de tijd dat voetbal, romantiek en humor hand in hand gingen. Toen VVV in 2003 dreigde te degraderen vroeg een journalist aan voorzitter Jeu Sprengers of hij niet in paniek raakte. Zijn antwoord: “In Venlo raken we pas in paniek als de bierpomp leeg is”. Louis van Gaal speelde in zijn actieve voetbaltijd onder meer voor Sparta, waar Barry Hughes coach was. Louis vond dat het niet lekker liep en in de pauze zei hij tegen zijn coach dat het tijd werd dat bepaalde spelers gewisseld werden. Het antwoord van Hughes was: “Van Gaal ga maar douchen”.
Een Brabants voetbalicoon die de romantische jaren in het voetbal intens heeft meebeleefd is de legendarische NAC linksbuiten en eenmalig international Ad Brouwers. Een fenomeen op links, die spelers passeerde alsof het lantaarnpalen waren. Ad Brouwers past in de traditie van grote linksbuitens uit de jaren ’60 en ’70. Coen Moulijn, Piet Keizer, Rob Rensenbrink en Ad Brouwers zouden hun stempel gedrukt hebben op iedere Europese topclub. Hij kreeg aanbiedingen van Club Brugge, PSV en Feyenoord, maar hij bleef bij NAC. Zelfs het grote Ajax van Cruijff draaide hij dol en zo won NAC in 1972 met 2-0 van Ajax met twee weergaloze doelpunten van de onderwijzer uit Teteringen. In 1973 behaalde NAC na het landskampioenschap van 1921 zijn tweede grote triomf: het won de Nederlandse beker in een enthousiaste Kuip door met 2-0 NEC te verslaan. Zeven spelers kwamen uit Breda en directe omgeving.
Op het gezellige NAC veld aan de Beatrixstraat konden supporters de spelers aanraken zo dicht stonden of zaten ze bij het veld. Na de wedstrijd gingen supporters en spelers naar café De Cordial waar ze samen gezellig een pilsje dronken en het heel laat werd. De humor speelde een belangrijke rol in dit vriendenteam.
Aan de Beatrixstraat nam Ad Brouwers ooit een corner vlak voor de bankjes waar de oude mannekes zaten. Opeens voelde Ad dat iemand iets in zijn achterzak stopte. Hij zag dat het een tientje was. Een manneke met een pet zei: “Hou dat tientje maar en kopt er maar een pilske voor”. Zoiets maken Messi en Ronaldo nooit mee.
Foto Archief Ad Brouwers