De sportwereld kent vele ontroerende verhalen over vaders die overleden zijn en de impact hiervan op hun sportieve kinderen. Johan Cruijff verloor op twaalfjarige leeftijd zijn vader. Zijn hele verdere leven voerde hij gesprekken met zijn vader.

Toen mijn vader overleed, op zijn Limburgs “pap”, heb ik mogen ervaren wat sport kan betekenen. Tijdens m’n vakantie op Sint-Maarten (Nederlandse Antillen) belde middenin de nacht mijn broer Dré met de mededeling: “Pap is dood”. Je bent dan in een shock en het dringt niet tot je door. Na een uur besloot ik maar naar bed te gaan. Van slapen kwam niets. De hele nacht kwam één voetbalmoment als een repeterende film terug in mijn gedachten. Pap was bakker en dat was een zwaar beroep, waardoor hij op zaterdag nooit tijd had om naar mij te komen kijken en op zondag moest hij bijslapen. Tot ik een keer als een soort wonder hem zag komen aanlopen in het begin van de tweede helft van een wedstrijd die ik speelde met vierdeklasser KNVB Horn tegen Swift uit Roermond. Het ging om de bovenste plaats en enkele minuten nadat mijn vader was gearriveerd, scoorde ik vanaf 25 meter in de driehoek het beslissende doelpunt. Groot was uiteraard mijn vreugde, maar die vreugde kreeg extra glans omdat pap het mocht meebeleven. Het doelpunt draaide in de nacht van zijn overlijden de hele nacht als een film door mijn hoofd. Voor mij stond vast: als mijn kinderen gaan sporten wil ik er dichtbij zijn. Gelukkig waren Leonie en Christiaan sportieve hockeykinderen en ik ben jarenlang coach geweest van hun teams. 

In de schitterende uitgave “Athene 2004” van Trionsport staat een ontroerend verhaal over vader Wim van Anky van Grunsven. Wim was de grote inspirator voor dressuuramazone Anky. Sinds haar zevende heeft hij al haar wedstrijden gezien. Een jaar voor Athene kreeg hij kanker en kort voor de Olympische spelen overleed hij. Na haar gouden successen op de Olympische Spelen van Sydney in 2000 met het paard Bonfire, maakte ze in Athene haar debuut met het tienjarig paard Salinero. Ze ging ervan uit dat deelnemen en ervaring opdoen het belangrijkste was. Maar er gebeurde een wonder.Anky won met Salinero goud. In haar eigen woorden: ”mijn vader reed met mij mee. In mijn hart en in mijn hoofd. Ik weet dat hij van boven heeft meegekeken. Ik hoop dat hij heeft genoten.” Ontroerend zijn de beelden van een huilende Anky, met tranen van vreugde én verdriet.

In het geval van vader Wim en Anky van Grunsven verstonden zij de kunst om op een ontspannen manier samen de weg naar goud te plaveien. Vaak loopt dit anders, omdat ouders van hun kinderen een grote sporter willen maken en daarbij te ver doorschieten. Ze vergeten dat het om het geluk van hun kinderen gaat en niet om hun eigen geluk. Dit wordt schitterend verwoord door Kahlil Gilbran in zijn boek “De Profeet”: 

“Je kinderen zijn je kinderen niet.
Ze zijn de zonen en dochters van ‘s levens hunkering naar zichzelf. 
Ze komen door je, maar zijn niet van je. En hoewel zij bij je zijn, behoren ze je niet toe. 
Je mag hun je liefde geven, maar niet je gedachten. Want zij hebben hun eigen gedachten.”

Mooie woorden, maar om deze wijsheid in praktijk te brengen is ook mij niet altijd gelukt. Gelukkig had ik kinderen die op jonge leeftijd al hun eigen keuzes maakten en zich niet lieten leiden door wat hun vader het leukst vond. Mijn zoon Christiaan zei in een boze bui op vierjarige leeftijd: “niemand is de baas over mij, ik ben de baas over mijzelf”. Ik wens alle kinderen toe dat ze als “zichzelf” mogen opgroeien.

1965 Cruijff/foto Jac de Nijs/Anefo.

author image

About Math Teeuwen

You Might Also Like...